Terug naar overzicht

Ik zit net in het kleine zaaltje van Nieuwspoort, waar de biografie van Max van der Stoel geschreven door Anet Bleich wordt gepresenteerd met de treffende titel die ook een documentaire over de kampioen in de strijd voor de mensenrechten had ’De Stille Diplomaat’.
Ik zit er op de uiterste stoel van de derde rij. Max van den Bergh komt binnen. Ooit wethouder van Groningen, voorzitter van de PvdA, Directeur van de Novib, lid van het Europees Parlement, Commissaris van de Koning in Groningen. Max schudt de hand van de man naast me, die ik niet heb herkend en die me dat ook niet kwalijk lijkt te nemen. Max schudt ook nog de hand van de man die voor me staat en die tegelijk met Margalith Kleijwegt is binnengekomen. Een collega-journalist?
Dan wil Max ook mij de hand schudden. Ik heb het eerst niet door, anders had ik zijn uitgestoken hand natuurlijk ook beantwoord.
“Oh sorry,” zegt hij, “ik dacht dat ik je kende…”
“We hebben elkaar weleens ontmoet hoor…” zeg ik nog zachtjes. Ooit bij een politiek café in Kralingen, interviewde ik Max. Het ging toen onder andere over een eventuele grotere groei van de Europese Unie. Bijvoorbeeld met… Oekraïne…
Maar Max heeft zich alweer omgedraaid.

Even later komt Anet Bleich aangelopen. Ze begroet mij en ik schud haar de hand. Even later komt Max van Weezel aangelopen. Max heeft een ID-kaartje voor Nieuwspoort om. Hij is hier thuis. Ik ben blij dat hij naar me knikt. Zo ben ik hier met hem en Anet en Margalith toch niet helemaal vreemd, tussen die vele jaren geschiedenis op Buitenlandse Zaken: Jan Pronk heb ik binnen zien komen , Laurens Jan Brinkhorst en Uri Rosenthal . Samen met Anet kwam Frans Timmermans binnen. En er zullen vast mensen zijn, die ik tot mijn spijt niet herkend heb, mijn nederige excuses daarvoor…
Als de presentatie voorbij is, koop ik meteen het boek en neem ik voorzichtig een glaasje jus d’orange van het dienblad. Ik wil in deze kringen niet eens aangeschoten raken! Dan zie ik Natascha van Weezel naar me knikken, schudden we elkaar de hand en praten we over haar boeiende inspanningen om de dialoog tussen Joden en Moslims en in het bijzonder tussen Joden en Palestijnen levend te houden. Deze lente gaat ze naar Israël om rond dat thema een serie voor de NPO te maken. Ik heb ongelofelijk veel bewondering voor Natascha’s moed. Vorig jaar heb ik haar mijn ‘Heldin van de dialoog’ gedoopt. Ze belooft me dat ze naar mijn school komt, als de serie op tv loopt, om er met leerlingen over te praten.
Later loop ik een lange man die naast me stond achterna terug naar binnen. Daar is Anet al met het signeren begonnen, zo blijkt. Voor ik de zaal van de presentatie weer binnenloop, schud ik ook nog even de hand met Max van Weezel en feliciteer hem met dit mooie boek van Anet.
Binnen vraagt de onbekende jongeman wat mijn band met Max is. Zonder er bij na te denken, vertel ik dat ik een groot fan van ‘Met het oog op morgen’ ben. Dat ik zeker op zaterdagavond nog probeer te luisteren, als Max van Weezel presenteert. Dat ik vorig jaar de hele familie Van Weezel heb geïnterviewd in mijn 30e boekenweekprogramma in Theater Landgraaf. En dat Max het eerste exemplaar van mijn boek ‘Berini’ in januari in ontvangst heeft genomen bij de presentatie in Rotterdam. De jongen knikt. Hij laat mij voorgaan en ik kan ook Anet feliciteren en een mooie handtekening in het boek ontvangen.

max van der stoelboekg

Als we beiden een gesigneerd boek hebben, praten we nog even na. Ineens snap ik wat hij bedoelde met mijn band met … Hij bedoelde de Max van de biografie.

Hij is de vriend van een van diens kleindochters, tweeënhalf jaar is hij dat. Hij heeft zijn schoon-opa dus nooit persoonlijk gekend . En kende hem eigenlijk ook niet echt als politicus en diplomaat, toen hij haar leerde kennen. Ik weet niet of ik Van der Stoel ooit het gezien, op een partijbijeenkomst of dat enkele congres waar ik was. Hij kende mij dus zeker niet, maar ik kende hem wel… om zijn inzet voor de mensenrechten overal in de wereld. Op een slimme manier, als een stille diplomaat. Met een ijzersterk kompas…
Ik maak de jongeman mijn excuses over mijn domheid. We lachen wat en nemen afscheid. We zullen elkaar waarschijnlijk nergens meer tegenkomen… Maar dat ligt zeker niet aan Max, Max of Max.
Dick Gebuys